De geschiedenis van Arnhem is voor een belangrijk deel bepaald door de ligging van de stad, die als knooppunt fungeerde voor verkeer en vervoer naar West-Nederland, Duitsland, de Betuwe en de Veluwe. Arnhem lag aan een grote rivier en watertransport was favoriet in ons land. De schipbrug en de oude haven zorgden voor veel economische bedrijvigheid aan de westkant van de stad, maar daar maakte de aanleg van de vaste Rijnbrug aan de oostkant een einde aan. Vanaf 1820 werden straatwegen aangelegd met overal tollen. Die waren er ook in Arnhem. De aanleg van de spoorweg in 1845 leidde een sterke groei van de stad in, maar sneed de stad ook in stukken. Er kwamen omnibussen en, in 1880, een paardentram. Vanaf 1911 reed de elektrische tram naar de nieuwe buitenwijken van de stad.
Deze cursus bestaat uit 2 bijeenkomsten:
Ton Burgers vertelt tijdens de lesavond uitgebreid over de geschiedenis van verkeer en vervoer in Arnhem. Tijdens de wandeling met een gids van 't Gilde Stadswandeling, zie je waar die geschiedenis zich heeft afgespeeld.
Dit is een themamodule van de cursus Arnhemkunde. Twee keer per jaar start de basiscursus Arhemkunde. Om deel te nemen aan een themamodule hoef je niet eerst de basiscursus te volgen. Beide cursussen zijn los van elkaar te volgen.
Prodesse Conamur, ’t Gilde Stadswandeling en Rozet verzorgen samen deze cursus.
