De avonturen van Mieze en haar kindertjes ([1950])/ door A.D. Hildebrand, band en illustraties van Rein Stuurman

Mieze de kat woont op een boerderij. Ze zal spoedig weer kittens krijgen, net als vorig jaar. Maar toen heeft de boer, zo hoort ze toevallig, de meeste katjes laten verdrinken. Om te voorkomen dat dit weer gebeurt gaat Mieze op zoek naar een veilige plek om te bevallen. In het sparrenbos vindt ze ten slotte een verlaten konijnenhol. Overdag gaat ze naar de boerderij om melk te drinken, maar 's avonds verdwijnt ze in haar hol. En al snel worden er zeven jongen geboren. Mieze houdt ze goed verborgen en alleen 's nachts mogen ze naar buiten. Boerenzoon Teus en zijn vriend hebben Mieze al vaak achtervolgd, omdat ze wel vermoeden dat Mieze zich ergens schuil houdt. Maar Mieze is slim genoeg om ze op een verkeerd spoor te zetten. Als ze echter hoort dat de boer erg veel last van muizen heeft en hij wel tien katten kan gebruiken, besluit ze haar jongen naar de boerderij te brengen. Omdat de katten laten zien dat ze de muizen goed kunnen verjagen, mogen ze allemaal blijven van de boer.

Aanwezigheid