Beschouwing over de zeven Scheppingsdagen uit het oudtestamentische boek Genesis in het licht van de antroposofie, waarbij de Schepping wordt gezien als een geestelijk proces.
Rudolf Steiner (1861-1925) bespreekt de zeven dagen van de Schepping volgens Genesis in het licht van de antroposofie. Hij knoopt ten nauwste aan bij het oude Hebreeuws en verbindt de afzonderlijke klanken met de spirituele processen volgens welke de scheppende geestelijke wezens te werk zijn gegaan. De God van de Bijbel wordt ons getoond als een samenspel van hoge geestelijke wezens die als eenheid optreden om uiteindelijk de mens te creëren. De scheppingsdagen staan voor eonen van tijd en worden in verband gebracht met vorige bovenzintuiglijke bestaansvormen van de Aarde, met inbegrip van plant, dier en mens. Het geheel omvat een louter geestelijk proces, waarbij pas rond 'de zesde dag' de verdichting tot tastbare materie plaatsvindt. Er wordt een nieuw licht geworpen op Adam en Eva en op de 'zondeval', die voor de mens noodzakelijk was om tot zelfstandig bewustzijn te komen. In een uitvoerig nawoord plaatst de theoloog Feike Weeda Steiners beschouwingen in het kader van de eigentijdse theologie en geeft hij op onderdelen verhelderende toelichting. Met een uitvoerig notenapparaat.
Nederlands | 9789060385746 | 229 pagina's
Titel | Het Bijbelse scheppingsverhaal |
Auteur | Rudolf Steiner |
Secundaire auteur | Tineke Croese ; Feike Weeda |
Type materiaal | Boek |
Uitgave | Zeist : Vrij Geestesleven, [2016] |
Overige gegevens | 229 pagina's - 22 cm |
Annotatie | Met literatuuropgave - Vertaling gebaseerd op: Die Geheimnisse der biblischen Schöpfungsgeschichte. - 6. Auflage. - Dornach : Rudolf Steiner Verlag, 1984. - (Rudolf Steiner Gesamtausgabe ; Nr. 122) |
ISBN | 9789060385746 |
PPN | 408060875 |
Rubriekscode | 230.2 |
Taal | Nederlands |
Onderwerp algemeen | Schepping; Antroposofische visie |
PIM Rubriek | Religie |
PIM Trefwoord | Schepping |