Literair-filosofische analyse van de belangrijkste romans van de Zuid-Afrikaanse schrijver en Nobelprijswinnaar J.M. Coetzee (1940).
Hans Achterhuis (1942), eens boegbeeld van de anti-apartheidsbeweging, heeft aanvankelijk een plichtmatige belangstelling voor de literatuur van J.M. Coetzee (1940). Dat verandert als Achterhuis zijn te tijdsgebonden visie op literatuur inruilt voor het traditionalisme van T.S. Eliot en verbanden ziet met het werk van zijn favoriete filosoof Hannah Arendt. Het materiaal in dit boek heeft Achterhuis gebruikt voor een cursus die hij in 2017 gaf. In vijf hoofdstukken worden achtereenvolgens Coetzee's autobiografische romans, zijn publicaties over geweld tegen dieren, koloniaal geweld tegen vreemdelingen en seksueel geweld tegen vrouwen besproken. Dan volgt een strijdlustige en pinnige verdediging van Coetzee's postmodernisme via het perspectivisme van Nietzsche en de zwarte doos van Latour. Het boek sluit af met een hoofdstuk dat Coetzee's dystopische Jezusromans analyseert. Professioneel en lezenswaardig, maar iets minder spiegelen had wel gemogen.
Nederlands | 9789047710981 | 298 pagina's
Titel | Coetzee, een filosofisch leesavontuur |
Auteur | Hans Achterhuis |
Type materiaal | Boek |
Uitgave | Rotterdam : Lemniscaat, [2019] |
Overige gegevens | 298 pagina's - 23 cm |
Annotatie | Met literatuuropgave, register |
ISBN | 9789047710981 |
PPN | 422407887 |
Rubriekscode | Engels 855.6 |
Taal | Nederlands |
Onderwerp algemeen | Coetzee, J.M. |
PIM Rubriek | Schrijvers en Boeken |
PIM Trefwoord | Coetzee |