Nederlands
Pim de mus zit op de school. Daar ziet hij veel.
De vis eet een boek op. Sam helpt de vis.
Heks Mus maakt een fout. Een aap komt uit haar bus. A1.
De zon komt. De papa van Roos niest. Maar hij niest te hard. A1.
Joep kookt soep. Het bos brandt. Joep blust de brand met de soep.
Joep is in het bos. Hij ziet een muis. Joep neemt de muis mee naar huis.