Tussen twee heel verschillende Ierse jongens die in Europa meevechten in de Eerste Wereldoorlog ontstaat een hechte vriendschap.
Volgens Roddy Doyle is niet James Joyce, maar Jennifer Johnston de beste Ierse schrijver. Dit is een van haar bekendste romans. Aan het begin van de Eerste Wereldoorlog vertrekken twee Ierse jongens naar Europa om mee te strijden: de wereldvreemde rijkeluiszoon Alec Moore en de kleine, paardenliefhebbende staljongen Jerry Crowe. Alec hoort vlak voor zijn vertrek van zijn moeder ('die verteerd werd door een zwarte, brandende woede') dat hij een onecht kind is; Jerry gaat min of meer in opdracht van zijn moeder naar Europa om zijn verdwenen vader op te zoeken. De twee jongens voelen een diepe vriendschap en groot respect voor elkaar, wat zich bewijst in de maanden van hun verblijf in Europa. Er wordt geen schot gelost, maar de spannende sfeer, waarin de naïeve Alec de hoofdpersoon is, wordt door de Ierse schrijfster (1930) magistraal beschreven. Als Jerry deserteert en zijn vader zoekt en later bij Alec terugkomt blijkt hoe intens de vriendschap van de beide jongemannen is. Het boek, een klassieker uit 1974, is schitterend vertaald. Deel uit de 'Bibliotheek van de Eerste Wereldoorlog'. Paperback; kleine druk.
Nederlands | 9789089600097
Titel | Witte zwanen, zwarte zwanen |
Auteur | Jennifer Johnston |
Secundaire auteur | Annemieke Steures |
Type materiaal | Boek |
Uitgave | DeventerDulce & Decorum, 2008 |
Overige gegevens | 163 p - 22 cm |
Annotatie | Vert. van: How many miles to Babylon? - London : Hamilton, 1974 |
ISBN | 9789089600097 |
PPN | 315270969 |
Genre | oorlogsroman |
Thematrefwoord | Wereldoorlog I ; Vriendschap |
Taal | Nederlands |
Meldingen