De kersverse Louis Davidsringdrager Claudia de Breij brengt op deze CD naast zelfgeschreven nieuwe nummers ook een aantal van haar favoriete eerdere liedjes in een nieuwe versie, zoals de hit "Mag Ik Dan Bij Jou". Dit nummer werd in 2015 nog gecoverd door Jeroen van den Boom en stond in De Breij's versie op nummer 4(!) in de Top 2000, editie 2015. Aan het album werkten onder meer Waylon en Bløf-zanger Paskal Jakobsen mee. De favoriete liedjes die ze koos heeft ze vaak live gespeeld zijn in het theater, maar had ze nog niet eerder met een complete band in de studio opgenomen. Daaronder "Ik Zie Jou" en het al aangehaalde "Mag Ik Dan Bij Jou" in een intieme, uitgeklede versie. Met Waylon nam ze "Mis Je Zo Graag" op en Paskal Jakobsen levert een bijdrage aan "Ik Onthou Van Jou". Daarnaast stak ze het eerder opgenomen duet "Niet Alleen" met wijlen Thé Lau in een nieuwe jas.
"'Hip hip hooray. Ladadi Ladadada. Twee koortjes op het vierde album van De Staat, de Nijmeegse rockband die per plaat een meer eigen geluid krijgt. Torre Florim & co grossieren inmiddels in lekker ongecompliceerde rocksongs met huppelritmes in marstempo. De band verwerkt wederom op geheel eigen wijze invloeden uit zowel Amerikaanse rootsmuziek, Europese dance als elektronica, om die vervolgens naar een rockbandbezetting (met een steeds grotere rol voor toetsen) te vertalen. Teksten worden een soort slogans die dienst doen als peptalk. De refreinen zijn hard mee te brullen, de gitaarsolos zijn puntig en zowel de muzikanten als hun publiek krijgen steeds meer de neiging om vrolijk paraderend die dansvloer over te steken. De songs gaan ongetwijfeld vanaf het podium hun aanstekelijkheid extra bewijzen. Soms gejaagd, soms weergaloos lekker groovend. Een nummer als "Make The Call, Leave It All" laat horen dat de band ook productietechnisch rock en dance perfect weet te combineren." (Willem Jongeneelen, Oor)
"De Rotterdamse Kim Hoorweg zingt hier songs die regisseur Woody Allen gebruikte in zijn films. Geen rare keus, want Woody Allen is een fanatiek (oude stijl-)jazzliefhebber (en klarinettist). Hoorweg heeft dus voor dit album opnieuw gekozen voor het meer klassieke jazzwerk, i.p.v. eigentijdse soul en andere pop. De zanglessen van collega Fay Claassen hebben haar goed gedaan, want ze zet haar keuze sterk neer. Samen met een kleine begeleiding, die toch compleet is. De kern wordt gevormd door het heerlijk spelende gitaartrio van Robin Nolan, dat uitgaat van de Django Reinhardt-traditie maar ook hedendaagse invloeden toelaat. Als gasten zijn Benjamin Herman - die bluesy speelt - en basklarinettist Sjoerd Dijkhuizen verwelkomd. Hoorweg zwerft door standards van onder meer Duke Ellington en Fats Waller, en Europese songs als Granada en Les yeux noirs. Haar I aint got nothing but the blues heeft een mooie troosteloze alt van Benjamin Herman, maar mist het korreltje in de stem. Dat mag wat mij betreft nog jaren zo blijven. Zon korreltje geeft misschien wel meer doorleefd gevoel, maar het is ook een terugval in stembereik." (Hessel Fluitman, Jazzflits)
"De Nederlandse groep NO Blues introduceerde in 2004 een nieuw genre: Arabicana, een unieke samensmelting van Arabische muziek en Americana. Op dit zesde album worden vele bruggen geslagen en vloeien allerlei rivieren - maas, Jordaan, Nijl, Rijn en Mississippi - samen in een bruisende muziekdelta. Hoewel dit album niet wezenlijk afwijkt van de voorgaande, maakt NO Blues opnieuw indruk met zijn unieke muziekstijl. Heerlijk om te horen hoe de bluesgitaar van Ad van Meurs samensmelt met de ûd (Arabische luit) van snaarvirtuoos Haytham Sofia, ondersteund door bassist Anne-Maarten van Heuvelen. Met speels gemak mengen deze creatieve wereldburgers Arabische toonladders met bluesschema's. Dit gebeurt zo vanzelfsprekend dat het lijkt alsof het genre Arabicana al honderd jaar bestaat. Is het muzikale concept van NO Blues al een statement op zich, dit wordt nog onderstreept met teksten over vluchtelingen en religie. Wereldplaat." (Bas Springer, Lust For Life; waardering: 4 uit 5 sterren)
"Begin 2014 leek het vertrek van gitarist en smaakmaker Phil Tilli de doodsteek voor Moke. Maar zanger Felix Maginn rekruteerde Robin Berlijn en schreef dit nieuwe album vol. De dramatiek waarmee opener "Dreams" aanzwelt, klinkt meteen vertrouwd: dreiging, passie en het grote gebaar, zo horen we Moke graag. Maar de daaropvolgende negen liedjes lossen de aangewakkerde verwachtingen niet helemaal in. "All That I Wanted" en het titelnummer voelen als gemiste kansen: songs zonder een ontlading die nu al te nadrukkelijk in een makkelijke Depeche Modus blijven hangen. Het is wel genieten van alle geluidjes en subtiel gespeelde lijntjes van Robin Berlijn maar hij drukt zn stempel niet zo hard als Tilli. Dat gezegd hebbende, heeft Moke 2.0 ook wel wat te bieden. Het donkere zeemanslied "The Ballad Of A Lost Soul" laveert fraai tussen Bowie en Cave, "Stand My Ground" is de positieve (Coldplay-)noot met hitgevoelige ohohohs en het eerste deel van "Silence" behoort tot Maginns beste werk." (Raymond Rotteveel, Oor)