Cum Laude-CD, Luister sept./okt. 2016: "Duivelachtige virtuositeit treft zonnige melodieën op deze opname. De jonge violiste Lisa Jacobs is het levende bewijs dat ook de technisch moeilijkste passages niet etude-achtig hoeven te klinken, maar muzikaliteit altijd de boventoon mag voeren. Het speelplezier straalt ervan af." (Stefanie Westphal) "De Italiaanse Amsterdammer Locatelli (1695-1764) was niet alleen een groot vioolvirtuoos, maar ook een groot componist, die recht deed aan alle lagen van het instrument, lang vóór Paganini. De veeleisende maar altijd natuurlijk klinkende vioolpartijen in de concerten Opus 3, samen getiteld 'L'Arte del violino', worden ingebed in warm-golvende strijkersklanken, en ook de allegro's gaan in redelijk bedaard tempo: heerlijke muziek. Jacobs en haar internationale, vanuit Amsterdam opererende ensemble kiezen hier voor de nrs 1,2 en 4 en maken er een feest van. Jacobs maakt extra indruk in de cadensen die ze met groot stijlgevoel en prachtige techniek neerzet." (René de Cocq)
"Pietro Locatelli figureert in de muzikale geschiedenisboeken vooral als de componist van L'arte del violino. Zijn opus 3 bevat twaalf vioolconcerten en vierentwintig capricci voor soloviool waarin hij het vioolspel herdefinieerde. Het was niet het enige dat de Italiaan bijdroeg aan de muziek. In Amsterdam, de stad waar hij sinds 1729 woonde en werkte, schreef hij nog vele wonderschone barokke werken met een vlammende viool in de hoofdrol. Zo bevat dit tweede deel van de eerste echte Locatelli Editie op vijf cd's alle vioolsonates van zijn hand. Ensemble Violini Capricciosi speelt deze sonates zo overtuigend dat het onbegrijpelijk is dat de werken zo onbekend zijn." (Klassieke Zaken)
"Locatelli (1695-1764) mag, nadat hij zich grotendeels aan de invloed van leermeester Corelli eenmaal had ontworsteld, best als een van de belangrijke wegbereiders van de voor-klassieke naar de vroeg-klassieke periode worden gezien. Zo was het Locatelli die de voor het eerst de versieringen volledig uitschreef, met een heuse 'doorwerking' de eerste stappen zette op de weg naar Haydn en violisten in o.a. De Kunst van de Viool, op. 3 tot halsbrekende toeren in voor die tijd 'vreemde' toonsoorten dwong. Ook Paganini heeft dus veel aan Locatelli te danken! Musica ad Rhenum koos voor de bezetting met 2 fluiten (i.p.v. twee violen) en biedt naast gaaf spel en een perfecte ensemble-techniek de juiste dosis spirituele en buitelende levenskracht in de snelle en fraaie expressiviteit in de bezonken langzame delen." (Opus Klassiek)
'De in 1695 in Bergamo geboren Italiaan Locatelli was ook een Amsterdammer. Hij kwam er wonen op zijn vierendertigste, vermaakte kooplieden en regenten met zijn moderne harmonieën, met prachtige vioollyriek en met grensverleggend, onwaarschijnlijk virtuoos cadenzenspel. Het is mooi wat Van Zweden met Locatelli doet, in zijn opname uit 1991. Zeker mooier dan wat hij met Vivaldi heeft gedaan. Fijnere lyrische lijnen. Minder stoer-oppervlakkig dan in zijn eenzijdige, haren op snarenzettende Vier Jaargetijden-panache. Alleen, het is Locatelli niet. Het is een geamputeerde Locatelli. De speler van L'Arte del violino is pas een ware violinista als de concerten gespeeld worden met toevoeging van de capricci waarmee de soloviool elk eerste en derde deel afsluit. Van Zweden laat bij de vier concerti die hij van de twaalf uitkoos (nrs 1, 2, 5 en 6) de meeste van de capricci-noten weg'. (Roland de Beer, de Volkskrant).
"Het Schönbrunn Ensemble nam sonates voor fluit, viool, fluit en viool, twee violen en basso continuo op. Locatelli (1695-1764; dus is 1995 het 300ste geboortejaar) neemt in de Nederlandse muziekgeschiedenis een bijzondere plaats in. Vanuit zijn geboorteland Italië reisde hij na de studie door heel Europa als vioolvirtuoos. In ongeveer 1729 komt hij in Amsterdam aan. Deze stad biedt hem de voordelen van uitstekende muziekuitgeverijen en graveurs, de steun van rijke muziekliefhebbers en een goed contact met de hele wereld dankzij de ondernemingszin van de financiers en kooplieden. Locatelli's oeuvre is voornamelijk gewijd aan de strijkers. Anders dan zijn tijdgenoten schrijft hij zijn versieringen en cadenzen zorgvuldig uit. Hij wilde de viooltechniek aan het componeren verbinden. Op deze cd staat een selectie uit zijn opus twee (fluit, b.c.). opus vijf (fluit, viool, b.c.), opus zes (viool, b.c.) en opus acht (twee violen, b.c.).. (L.W., Muziekweb)
Opname: 2009
Onze website en deze zoekfunctie is vernieuwd en we werken er op dit moment hard aan om de laatste puntjes op de i te zetten. Mis je bepaalde functionaliteiten, dan vind je hieronder tijdelijk nog de link naar oude zoekfunctie.
