Een schrijver kijkt terug op zijn leven met een lichamelijke beperking in China en op de levens van de gekrenkte personen die zijn wereld bevolken.
Verhaal, dat zich vooral in de vrouwenvertrekken afspeelt, over het wel en wee van enkele Pekingse adellijke families van de Jia-clan die afhankelijk zijn van keizerlijke gratie. Centraal staat de slimme en verwende erfgenaam Baoyu en zijn spirituele reis en zijn twee nichten Daiyu en Baochai.
Een jonge verwesterde Chinees heeft moeite zich aan te passen aan de Chinese samenleving eind jaren dertig.
Verhalen over het China van tijdens en kort na de Culturele Revolutie.
Meldingen