Twee romans over de impact van hoogbegaafdheid, verdwijning en dood.
Als een gevierde operazangeres herstelt van een operatie aan haar stembanden, denkt ze aan het maken van een film over een Russische schrijver en een zangeres die haar stem verloor en worstelt ze met de aandacht die haar dochter van haar vraagt.
Binnen het gezin van een Hongaarse violiste, die haar carrière ondergeschikt maakt aan man en kind, ontstaan spanningen als het zoontje, in de traditie van haar aristocratische Engelse schoonfamilie, naar kostschool moet.