Nhoti, een jonge prins uit India, gaat verkleed als een zwervertje op zoek naar de olifant van zijn vader. Hij trekt door vreemde streken en sluit vriendschap met arme kinderen en volwassenen. Ook zet hij een actie op touw om de hongersnood, ontstaan door politieke en godsdienstige onlusten te bestrijden. Na nog een aantal avonturen wordt Nhoti door zijn oom ontdekt en naar zijn land teruggeroepen om zijn vader op te volgen, die afstand heeft gedaan van de troon.
Als de vader van Nuno, een twaalfjarige jongen uit een Portugees vissersdorpje, tijdens een storm op zee omkomt, vervalt het gezin van Nuno's moeder in armoede. Omdat de moeder geen werk kan vinden, moet Nuno in een stoffenwinkel werken, waar hij zich erg opgesloten voelt. In zijn vrije tijd weet hij een boot te bemachtigen die hij met een aantal vrienden opknapt. Ze varen uit om vis te vangen, maar ook zij raken in een storm. Door het moedige gedrag van Nuno gebeuren er geen ongelukken en eenmaal aan land blijkt dat ze een heel bijzondere vis hebben gevangen, die niemand kent. Een professor uit Lissabon herkent de vis als en soort uit de oertijd, waarvan aangenomen was dat die was uitgestorven. Door de hulp van de professor komt het gezin uit de problemen. Nuno hoeft niet meer naar de stoffenwinkel, maar mag als jongste visser mee met de mannen van het dorp.