Glass Hammer lijkt op een 'high wave' te zitten. Na het meesterlijke "The Breaking Of The World" (2015) verschijnt nu het machtig klinkende "Valkyrie". Opnieuw weet de Amerikaanse band elementen uit de muziek van Yes, Genesis en Emerson, Lake & Palmer aan te wenden tot een enerverende, afwisselende collectie overweldigende, pure symfonische rock. De prominente basgitaarlick waarmee Steve Babb "The Fields We Know" en daarmee het album - opent brengt meteen Chris Squire in herinnering in een nummer dat toch door de gevonden synthese in de eerste plaats als Glass Hammer klinkt, ook al klinkt er verderop een verstilde synthesizersolo van Fred Schendel, die aan Tony Banks' spel in "Ripples" doet denken - en herinnert de statige tempovertraging die daarop aansluit eerder aan Pink Floyd (een invloed die je nu juist niet vaak hoort bij Glass Hammer). En zo schieten er bij ieder nummer wel referenties te binnen, maar het zijn nooit citaten en de manier waarop al dat moois is ingebed in spannende composities dwingt vooral respect af. En Susie Bogdanowitz ontpopt zich nu helemaal tot zelfverzekerde frontvrouwe, ook al deelt ze de leadvocals-rol met Fred Schendel.
Het 25-jarig bestaan van de Amerikaanse band wordt gevierd met deze collectie 'zeldzame en tot nu toe niet eerder uitgebrachte studio- en live-opnamen' (zoals de ondertitel in het Nederlands luidt) uit de periode 1993-2017. De creatieve as van de band, Fred Schendel en Steve Babb, heeft de archieven uitgeplozen en vond daar voor speciale gelegenheden opgenomen covers van The Beatles en Argent, beginnetjes van projecten die nooit voltooid zijn, experimenten in een andere stijl dan de fans van de band verwachten zullen (en die men daarom eigenlijk niet eerder uit durfde te brengen), alsmede een bijdrage aan een thema-album van het Finse Colossus. Meest bijzondere en wat ons betreft ook sterkste nummer van het album stamt uit de begintijd van de band en werd teruggevonden op een vergeten backup-drive: "Identity Principle". Een volbloed Glass Hammer-mini-epic, dat stilistisch tussen prog van de Europese (denk aan Genesis, Yes en ELP) en Amerikaanse (denk aan de symfonische jaren van Styx en Ambrosia) invalt.
"Glass Hammers new concept album Chronomonaut answers the question what if?. The new release is a stand-alone album but also acts as a Part Two for the highly successful 2000 release Chronometree. (...) Albums like Chronomonaut are the reason why I love music so much and it has become part of my life. It sees a band I love unafraid to take a relatively new direction, organically progressive if you like. While not completely straying from their roots, Glass Hammer have taken a path less trodden and delivered what is, without a doubt, their best album yet and a fantastic new direction of power, precision and downright soul. (progradar.com)
Registratie van het concert van de Amerikaanse symfonische rockband Glass Hammer op Rosfest (oftewel het Rites Of Spring Festival, 3 mei 2015. De groep brengt vooral materiaal van het sterke recente album "The Breaking Of The World" (2015). We horen en zien de bezetting van die CD, met Carl Groves naast Susie Bogdanovicz als leadvocalist (zijn voorganger Jon Davison zingt nu immers by Yes). Natuurlijk wordt er ook wel teruggegrepen op eerdere albums als "The Inconsolable Secret". Glass Hammer bewijst opnieuw een sterke live-band te zijn, die prachtige, tot kathedraaltjes uitgebouwde symfonische rockcomposities brengt, waarin de Yes-invloed nadrukkelijk doorklinkt, hoewel er ook invloeden van Genesis en ELP zijn te horen in het spel van o.a. toetsenist Fred Schendel. "Glass Hammer klopt nadrukkelijk op de deur van de top van de progressieve eredivisie." (Paul Rijkens, iO Pages)
Strak een jaar na "If" heeft de Amerikaanse symfogroep een opvolger afgeleverd volgens krek hetzelfde recept. Ofwel: Yes, Yes en nog eens Yes. Jon Davison mocht blijven en we wisten al dat zijn stem als twee druppels op die van de andere Jon lijkt. Iets wat als gegoten past bij de glorieuze übersymfonische rockstijl, meestal in de vorm van lange nummers, waaronder één van dik 18 minuten. In stukken als "A Lonely Tower" vliegen de vintage keyboards je om de oren in soms flitsende soli, afgewisseld met bijtend gitaarwerk (hadden we al gezegd dat dat doet denken aan het spel van Steve Howe?). We kunnen besluiten zoals we dat een jaar geleden deden: Dit alles is kraakhelder geproduceerd, zodat dit een weliswaar regressieve, maar wel bijzonder fijn smakende luistertrip blijkt, natuurlijk gestoken in een Roger Dean-achtige hoes. Update: Jon Davison vervangt begin 2012 Benoit David als zanger van Yes, wegens Davids aanhoudende stemproblemen.
"De muziek van de Amerikaanse symfonische rockgroep lijkt op dit tiende album wat minder 'over de top' als voorheen. De vergelijking met Yes is nog steeds te maken - sterker nog: op het album staat zelfs een cover van South Side Of The Sky van het Yes-album Fragile, met Jon Anderson als gastzanger. Maar, waar het vroegere Glasshammer-werk naar een groots opgezet album als Tales Of Topographic Oceans neeg, zit in Culture Of Ascent meer World Trade. Toch blijft men van lange stukken houden, vol breaks en sfeerwisselingen. Ook de Mellotron komt nog voorbij. Maar toch merk je een iets modernere aanpak, bijvoorbeeld door het gebruik van geprogrammeerde ritmes, of het inbrengen van wat moderne oosterse sfeertjes." (Xymphonia)
Virtuoze symfo, zwaar geinspireerd op ELP (let op 't bijzondere, Keith Emerson-achtige orgel-werk), maar daar toch een eigen draai aan gevend in spannende, afwisselende nummers. Ook Yes is trouwens een duidelijke invloed. Met gastgitaar-partijen van Arjen 'Ayreon' Lucassen.
Klik hier om cookies te accepteren zodat de vertaalmodule kan worden geladen. Het kan zijn dat je de pagina moet herladen.