"Je haat Sigur Rós of je houdt ervan. Vooral de stem van gitarist/zanger Jónsi bezorgt de een kippenvel en de ander duwt beide handen op de oren. De liefhebbers kunnen hun hart ophalen met de 20ste verjaardag van het destijds tweede album Ágætis byrjun(een goed begin). En de melancholische tonen vloeien weer rijkelijk, het IJslandse landschap trekt 33 (!) nummers lang aan je voorbij. Het originele album is aangevuld met prachtig bonusmateriaal, vooral demos en live-opnames. Tezamen vormt het een soundtrack van het Scandinavische eiland, zoals alle albums van de band klinken, en toch is het steeds weer anders. Minimalistische minuten wisselt Sigur Rós verraderlijk knap af met gierende momenten, zonder de voortdurende warme gloed uit het oog te verliezen. Stilstaan bij het 10 minuten durende Svefn g englargaat vanzelf. De monotone muziekdruppel op dit nummer zorgt voor een meditatief rustpunt. Datzelfde effect hoor je bij Ny batterí. Maar goed, zelf luisteren, het is adembenemend mooi." (recenties.com)
The Guardian omschreef de muziek op 't 4de reguliere album van de delicate IJslandse postrockers met sereen-hoog zingende zang zo: "A robe-free Polyphonic Spree, a depoliticised Godspeed You Black Emperor, a less unforgivably insipid Talk Talk, Mogwai with the heavy metal taken out, Cocteau Twins trying to sound like Radiohead and not quite managing it, a castrati Pink Floyd performing Aled Jones's 'Walking In The Air' at a benefit gig for a reindeer which lost a leg in an unfortunate sledging accident".
De nummers van Sigur Ros' debuut 'Von' hebben al een ongrijpbare, vervreemdende sfeer. Hier worden ze onherkenbaar verbouwd tot hallucinatie-verwekkende dubtechno, fascinerende ambient-klankvelden of van drum 'n' bass-ritmiek voorzien.
16 korte films
"Past goed bij de film over de teloorgang van een geesteszieke. Grotendeels een gewone soundtrack met simpele herhalende strijkersmelodieen soms met dreigende electronische contouren. Sigur Ros werkt trouwens maar aan enkele tracks mee." (Oor)
EP van 20 minuten met drie nummers: "Ba Ba", "Ti Ki" en "Di Do". De stukken zijn gemaakt voor de dansvoorstelling 'Split Sides' van de Merce Cunningham Dance Company, en de groep heeft ze ook enkele malen live bij de voorstelling uitgevoerd. Ook Radiohead leverde muziek voor dezelfde voorstelling trouwens. Het ambienteske "Ba Ba" bouwt vanuit een zacht "Tubular Bells"-achtig thema en een speeldoosgeluidje op naar een breed gespeelde melodie, met het effect van een klaterend heldere waterval, om weer af te bouwen naar dat speeldoosgeluid. In "Tiki" wordt dat speeldoosgeluid op Autechre-achtige wijze omringd met allerlei andere veelal mechanische bliep- en knarsgeluiden, met soms daarover een gedragen pianomelodie. In het beklemmende "Di Do" horen we barse, vervormde stemmen een een toenemende deken ondefinieerbare noisegeluiden die uiteindelijk tot oorverdovende sterkte toeneemt. Als in het agressievere werk van Aphex Twin. Al met al een bijzonder fascinerende trip.
Onbekend gebleven debuut uit 1997, niet onderdoend voor de gehypte opvolger 'Agaetis Byrjun'. Hier nog meer experiment met fascinerende, ijzige soundscapes naast Cocteau Twins-achtige hemelse post-new wave en My Bloody Valentine-gitaren.
EP van een half uur met 2 lange studio-tracks van 'Agaetis Byrjun' en twee intense live-opnamen, van 'Nyja Lagid' en het van 'Von' afkomstige 'Syndir Guos'. Verstilde, bezwerende en zeer emotierijke gitaarmuziek.
Klik hier om cookies te accepteren zodat de vertaalmodule kan worden geladen. Het kan zijn dat je de pagina moet herladen.